State of the Region 2023: speech Femke Halsema

Femke Halsema, voorzitter van Amsterdam Economic Board en de Metropoolregio Amsterdam, sprak 11 juli haar State of the Region 2023 uit. Tijdens het netwerk-event State of the Region in de Meervaart riep ze op om anders te kijken en anders te doen. Want: 'Ons verdienmodel in de regio is aan vernieuwing toe'. Hieronder lees je de complete speech.

Dames en heren,

Zo’n 750 jaar geleden, hing de dreiging van het water als een donkere wolk boven de regio. En dat is natuurlijk vaker gebeurd. Toen sloegen de graaf en bewoners de handen ineen om sámen de eerste dijken te bouwen. En werd er eentje neergelegd die ten zuiden van het IJ liep, vanaf het Gooi, naar Diemen en zo verder tot de duinen bij Haarlem.

Vandaag de dag zijn de Zeedijk en Haarlemmerdijk in Amsterdam daar nog de overblijfselen van. De dijk symboliseert dat de belangen en voorspoed van mensen in onze regio, dus niet alleen in Amsterdam, toen al innig met elkaar verbonden waren. En dat er ook over nagedacht werd.

Dat is honderden jaren later, in 2023, niet anders. Ook toen al, getuige de samenwerking van de graaf met de boeren en vissers voor de aanleg van dijk, betrok het bestuur haar bewoners en ondernemers bij de toekomst van onze regio. En die samenwerking vraagt ook nú aandacht.

Ons verdienmodel in de regio is aan vernieuwing toe. Economische groei kan niet langer alleen maar de motor van vooruitgang zijn. Maar moet hand in hand gaan met economische en sociaal-maatschappelijke vooruitgang. Het tijdsgewricht vraagt van ons om de welvaart die wij kennen, te verbreden.

Dat betekent dat besluiten over bijvoorbeeld economie, niet zonder gevolgen kunnen zijn voor de welvaart. Besluiten zullen altijd moeten raken aan meerdere onderwerpen, sociale vooruitgang, maatschappelijke vooruitgang, duurzaamheid.

1. De problemen

Henri de Groot schetst in de Economische Verkenningen MRA 2023 de groei, maar benoemt ook dat de voorspoed in onze regio nog niet iedereen bereikt.

We kampen met grote verschillen in inkomens en vermogens. Ook worstelen we met een zeer hoge uitstoot van fijnstof. Er is een tekort aan arbeidskrachten. Zonder voldoende en goed opgeleide arbeidskrachten kunnen we onze gemeenschappelijke ambities niet waarmaken. En dat hangt samen met het tekort aan woningen.

Hier doemen ook de grote dilemma’s op voor onze regio: want hoe beter het economisch met de regio gaat, hoe meer mensen we zullen moeten aantrekken om er te werken. Maar omdat we ze niet kunnen huisvesten, moeten mensen steeds verder weg wonen om dagelijks naar de MRA te forensen, met meer woon-en werk-kilometers tot gevolg. En elke dag zien we op het nieuws de maatschappelijke spanningen die deze woningmarkt, maar ook de stikstofcrisis opleveren.

Ook over de grens dwingt de actualiteit ons om het verdienmodel van de regio tegen het licht te houden. Er woedt een oorlog op ons continent, het wantrouwen tussen de Verenigde Staten en China groeit en we zien dat delen van Europa economisch instabiel zijn. Dat levert onzekerheid op en onzekerheid kan, zoals u weet, leiden tot stilstand. Want op het gebied van energie, circulariteit en klimaat worden we gedwongen maatregelen te nemen die een lange tijdshorizon nodig hebben.

We kunnen niet stilstaan. We moeten handelen en dat kunnen we ook.

2. De kansen: van crises naar denken in oplossingen

We moeten brede welvaart als uitgangspunt hebben, als we onze bevolking, onze bedrijven, onze maatschappelijke organisaties, onze gemeenschappen echt voorop willen stellen.

Hoewel er grote problemen op ons bord liggen, hebben we geen redenen voor pessimisme. In de Metropool Amsterdam wordt inmiddels een vijfde van het Bruto Binnenlands Product verdiend. Met dank aan zowel kleine als aan grote bedrijven die hier hun uitvalsbasis hebben. Onze voorzieningen zijn nog altijd van hoog niveau en over het algemeen goed bereikbaar. Onze kennisinstellingen zijn van hoog niveau en zijn zeer betrokken bij de ontwikkeling van de regio.

Neem de veerkracht die we toonden samen tijdens de coronapandemie. Natuurlijk ging onze regio en onze jongeren gebukt onder het geweld waarmee het virus om zich heen greep. Maar onze economie herstelde zich.

Om de gewenste brede welvaart duurzaam te bereiken, moeten we de metropoolregio gaan beschouwen als een meent, de gemeenschappelijke weidegrond van een dorpsgemeenschap. De meent was van iedereen in het dorp maar werd gemeenschappelijk beheerd, vanuit het besef dat de wijze waarop de één de meent gebruikt, gevolgen heeft voor de vrijheid en de ruimte die een ander heeft om ‘m ook te gebruiken. Daarom moest iedereen in het dorp het gebruik van de meent op elkaar afstemmen, om de meent duurzaam en ten behoeve van de dorpsgemeenschap te laten renderen.

Ik denk dat we de MRA te lang hebben beschouwd als een stuk grond waarop iedereen zijn of haar eigen gang kan gaan – als ‘woeste grond’ eigenlijk, waar geen beheer en samenwerking en afspraken voor nodig zijn.

Het resultaat laat zich raden: misschien weten de sterken en kapitaalkrachtigen in eerste instantie de zwakkeren weg te drukken. Maar uiteindelijk wordt het gebied te zwaar belast en kan het zich na enkele te druk begraasde zomers niet meer herstellen. En zal het voor veel mensen die er wonen waardeloos kunnen worden.

Niet voor niets pleit de econome Elinor Ostrom, de eerste vrouw die de Nobelprijs voor economie heeft ontvangen (2009), voor instandhouding en ontwikkeling van goed werkende instituties voor gemeenschappelijk beheer, die collectieve goederen zoals meenten kunnen laten floreren ten behoeve van het welvaren van de gemeenschap.

Het verhaal van de ondergang van de meent: het probleem, maar vooral de kans die er is om door goed gemeenschappelijk beheer de meent te laten floreren ten behoeve van de gemeenschap, vormt onze inspiratiebron om brede welvaart te ontwikkelen in de metropoolregio.
Dat betekent dat we altijd het belang van ‘de ander’ meewegen: mensen ergens anders in het land of de wereld of toekomstige generaties. Maar vooral ook onze eigen mensen.

We nemen dus geen besluit over duurzaamheid zonder de gevolgen voor een bewoner met een kleine portemonnee te bekijken. Een prachtig voorbeeld is de coalitie COOP centraal. Daarin werken, op initiatief van de Rabobank, verschillende energie-coöperaties in de metropoolregio samen met kennisinstellingen, bedrijven en Energie Samen Noord Holland. Het doel is om meer inwoners van de regio betaalbare en duurzame stroom te bieden, waardoor we ook de strijd kunnen aanbinden met energie-armoede.

We nemen geen besluiten over economische ontwikkeling zonder de gevolgen voor het klimaat, sociale verhoudingen en gezondheid serieus te nemen.

We bereiden jongeren voor op ‘banen met toekomst’, door ze opleidingen te laten volgen die nodig zijn om de grote transities vorm te geven. Want zonder die goed opgeleide jongeren kunnen onze ambities niet gerealiseerd worden, en kunnen de kansen die de duurzame en digitale transities bieden niet verzilverd worden.

Of we nou overheid, bedrijf, kennisinstelling of een andere organisatie zijn, ons eigen particuliere deelbelang kunnen we soms ondergeschikt maken aan het gemeenschappelijke belang. Dat moeten we doen om onze welvaart te verbreden naar iedereen in het land en in onze regio.

Ook de Board van Amsterdam Economic Board gaat die weg op. Dit betekent dat de leden andere eisen stellen aan zichzelf en aan elkaar.
Er zijn tal van ondernemingen, binnen en buiten de Board, die sterk aan hun omgeving denken.

Zoals op het Schiphol Trade Park gebeurt, waar eigenaar SADC, bedrijven en de netwerkbeheerder bespreken wie er wanneer veel stroom nodig heeft, zodat ze hun verbruik op elkaar afstemmen en de piekbelasting van het net verlaagd kan worden. Zo werken ze samen om te voorkomen dat het net vol loopt. Daar zijn andere organisaties in de regio die het net ook nodig hebben, net als overheden, bij gebaat.

Niet, alleen, uit beleefdheid of uit goede wil. Maar omdat het een intelligente keuze is. Want waarom zou een start-up of een energiecoöperatie niet veel beter een slimme oplossing kunnen bedenken dan een overheid? Bedrijven en universiteiten hebben we nodig. Die samenwerking moet geïntensiveerd worden.

Tegelijk zullen we onze inwoners veel meer stem moeten geven. De metropoolregio is hun gemeenschappelijke ruimte. In de eerste plaats door hun volksvertegenwoordigers transparant en toegankelijk te informeren en te laten beslissen. Die transparantie betekent ook dat we eerlijk moeten zijn over pijnlijke keuzes die we moeten maken.

Voor wie zetten we bijvoorbeeld onze schaarse ruimte in? De leraren en medewerkers in de zorg waar we zo naar hunkeren, moeten een plek hebben om te wonen. De middengroepen. Maar wat doen we dan met sportclubs en natuur? Wat doen we als bedrijven op diezelfde plek willen neerstrijken? Deze en nog vele andere ongemakkelijke vragen moeten we elkaar de komende tijd echt stellen. Zijn we bereid water bij de wijn te doen. We moeten vervolgens ook scherpe keuzes durven maken.

3. De toekomst van 2050

Dat komt onder meer omdat we als regio in 2023 de ambitie hebben uitgesproken om de groenste industriezone van Nederland te worden. En voor duurzaamheid zijn sowieso de nodige zaadjes gestrooid, die dan in 2050 de vruchten kunnen opleveren.

Het zijn fundamentele keuzes die nodig zijn. Maar als we de goede keuzes maken, als we onze gemeenschappelijkheid centraal stellen, kunnen we die brede welvaart creëren.

Die toekomst kunnen we voorstellen als we in 2050 de route van die oude dijk door de metropoolregio zouden volgen. Als je begint in het Gooi, in je zero-emissie auto uiteraard, dan zou je via de A27 ook in Flevoland kunnen komen. Daar, bij het ROC Flevoland, worden in samenwerking met ROC Amsterdam, op dit moment jongeren klaargestoomd voor onderhoud en reparatie van zero-emissie auto’s.

Misschien kom je er in 2050 nog iemand tegen die daar onderwijs volgde bij NexTechnician, de opleiding die is opgericht in samenwerking met ondernemingen in de mobiliteitsbranche.

Neem je de A27 niet, dan rijd je verder en moet je rond Diemen opnieuw kiezen, als je niet Amsterdam in wilt: Ga je naar het zuiden om in Aalsmeer je groente te kopen? Of ga je rechtsaf, om bij een boer uit Waterland je kaas aan te schaffen?

Die producten als groente en kaas zijn zeker de moeite van het proeven waard, want allerlei partijen maken onder de noemer van De Groene Stelling keuzes om boeren een toekomstbestendig beroep te geven.

Het is een voorbeeld van de manier waarop stad en platteland de handen ineen kunnen slaan, en niet tegen over elkaar hoeven te staan. Wat zal dan de coalitie zijn in Noord-Holland? Waar nu de BBB samenwerkt met een reeks aan partijen, toont net zo goed dat we verschillen kunnen overbruggen.

Maar het duurt nog even voordat je in Aalsmeer of Waterland bent, en ondertussen geniet je van de natuur, die in een gezonde staat verkeert. We zullen dan een groene regio zijn en waarschijnlijk de groenste industriezone van Nederland.

Heb je gekozen voor Waterland, en rijd je vandaar Amsterdam-Noord in, dan zie je misschien nog wel de sporen van TechNoord, waar jongeren op dit moment al een zogeheten techneeship kunnen volgen bij Omar, een servicemonteur die hen meteen koppelt aan bedrijven om te helpen bij de energietransitie. Die dan in volle gang is.

Dit ideaal is geen fata morgana. Het komt erop aan dat brede welvaart geen lege term is, geen theoretisch concept blijft. Het kan heel goed zelfs, als we durven denken in oplossingen. Als we durven keuzes te maken, ook als deze onszelf pijn doen.

Dat vraagt wel om anders kijken en anders doen. En daarom hebben we als Amsterdam Economic Board en Metropoolregio Amsterdam een oproep gedaan.

Ik hoop dat we die samen met de inwoners, de maatschappelijke instellingen, al die bedrijven die in onze regio actief zijn en u in de zaal werkelijkheid kunnen doen laten worden.

Dank u wel.

Foto’s: Annemée Dik

12 juli 2023

Meer weten over

Neem contact op

Deel dit artikel

#slimgroengezond

Wil je meer van dit soort artikelen?
Volg ons dagelijks op LinkedIn, X en schrijf je in voor onze Board Update.

Lees ook deze berichten