Rahma el Mouden: ‘Zonder goede huisvesting kun je niet bijdragen’
Het is tijd voor een nieuw perspectief. Een fundamenteel andere manier van samenwerken, gebaseerd op brede welvaart. Ondernemer en bestuurder Rahma el Mouden is er klaar voor. “Betaalbare huisvesting en kansengelijkheid zijn de basis voor een welvarende metropool.”
We spreken Rahma el Mouden over Kiezen voor wat nodig is voor de Metropool van Morgen. Het werken aan deze oproep markeerde de start van de beweging Anders kijken, anders doen. Hierin kijken we vanuit negen uitgangspunten naar vraagstukken waar we aan werken en besluiten die we nu nemen. Wat betekenen ze voor de onderneemster? Zou zij zelf andere keuzes maken?
El Mouden is oprichter en directeur van MAS dienstverleners groep, waarvan zij de dagelijkse leiding heeft overgedragen aan haar dochter Oumaima el Mouden. Als bestuurder zet Rahma el Mouden zich in voor de Z3 Academie, een stichting voor jongeren met heel weinig toekomst- en baanperspectief. Ook startte zij RLD Platform, dat young professionals helpt hun droombaan te vinden of hun bedrijf naar een hoger level te brengen.
Wat valt je op aan de uitgangspunten?
“Alles wat erin moet staan, staat erin. Iedereen zal het er mee eens zijn dat we met die negen uitgangspunten aan de slag moeten gaan. Waarschijnlijk kiest iedereen eigen focuspunten. We moeten dit duidelijk samen doen. Bedrijven om me heen zijn zich, merk ik, bewust van hun rol en willen niet meer alles aan de overheid overlaten. Samen kunnen we impact maken. Het is goed dat brede welvaart extra wordt belicht en bij verschillende uitgangspunten terugkomt. Het is de basis voor een welvarende metropool.”
Kun je dat uitleggen?
“In de Metropool Amsterdam maak ik me de meeste zorgen over het gebrek aan betaalbare huisvesting en kansenongelijkheid. De problematiek rondom woningen is een drama. Jongeren blijven langer bij hun ouders wonen of ze moeten verhuizen uit de stad. Ik wil dat het voor alle Amsterdammers mogelijk is hier te blijven wonen, dus ook voor schoonmakers, beveiligers, verpleegkundigen en politieagenten. Ook voor de mensen die net te veel verdienen voor sociale huur en daardoor in de vrije sector terechtkomen. Sommigen betalen honderden euro’s voor een kleine kamer, anderen zitten in onderhuur en hebben dus niets te vertellen. De kwaliteit van bestaande huurwoningen is vaak ook niet hoog: ze zijn slecht geïsoleerd en te klein. De woningcrisis hangt direct samen met kansenongelijkheid. Jongeren die slecht wonen, zijn meer op straat, waar ze in aanraking kunnen komen met criminaliteit. Als je geen goed dak boven je hoofd hebt, kun je niet functioneren of bijdragen aan de maatschappij.”
Wat zou je als eerste aanpakken als je de baas was van de Metropool Amsterdam?
“Ik heb al lange tijd de droom om de jongeren die het moeilijk hebben niet apart op scholen te plaatsen maar hen juist te verspreiden over alle scholen. Zo treffen zij ook rolmodellen. Ik vind dat alle VO-scholen in de metropool een afdeling moeten hebben waar deze jongeren terecht kunnen. Dan komen zij ook met andere jongeren in contact en verkleinen we de kansenongelijkheid.”
Een van de uitgangspunten is: We richten de manier waarop we keuzes maken en de besluiten die inwoners raken anders in. Wat zijn jouw gedachten daarover?
“De burgers waar ik veel mee in aanraking kom zijn de burgers die zich niet gezien voelen. Ik zet me ervoor in dat we hun stem beter horen, zodat de overheid er voor alle inwoners in de metropool is. Een goed voorbeeld is het Brasapark, op de Gaasperdammertunnel. Mensen uit Amsterdam Zuidoost konden meepraten over de inrichting. Mensen in de wijken weten als geen ander wat de wijk nodig heeft. Ik ben ervan overtuigd dat de stad mooier, veiliger en schoner wordt als we vaker naar hen luisteren.”
“Laatst was ik in New York op werkbezoek. Daar vormen maatschappelijke organisaties, bewoners en de gemeente zelf een sterke driehoek. In de wijk die ik bezocht, was de gemeente echt onderdeel van de wijk; ambtenaren waren in de wijk en bestuurden niet alleen vanuit het stadhuis. Dat werkte heel goed.”
Welke rol hebben bedrijven?
“Bedrijven zijn zich er steeds meer van bewust dat zij niet alleen kunnen bijdragen aan de economie, maar ook aan de brede welvaart. Ze weten dat het klimaat ook deels hun verantwoordelijkheid is. Bedrijven zijn best bereid een bijdrage te leveren aan kansenongelijkheid. Wat ze daarbij alleen missen, is ervaring. Als iets niet direct aansluit bij hun core business hebben ze het liefst een kant-en-klaar programma dat ze kunnen implementeren. Dat snap ik wel, maar bedrijven kunnen best wat meer moeite doen. Kritischer worden op hun leveranciers bijvoorbeeld: hoeveel mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werken daar? Bij de Z3 Academie leren jongeren werknemersvaardigheden en we stomen ze klaar om te gaan werken.”
Mis je nog iets?
“Het mag van mij nog wel wat concreter worden met cijfers. Bijvoorbeeld: in 2025 willen we dit voor elkaar hebben, in 2030 moet alle sociale huur verduurzaamd zijn. Vijftig procent van het woningtekort moet dan zijn opgelost, ik noem maar wat. Met dat soort cijfers toon je lef. Daarmee kan Amsterdam Economic Board richting geven aan de wereld die sneller verandert dan we willen.”
Lees meer interviews met samenwerkingspartners over Anders kijken, anders doen.
6 juli 2023
Meer weten over
Neem contact op
Blijf jij ook op de hoogte?
8x per jaar nieuws en events uit de regio: schrijf je in voor de Board Update nieuwsbrief
Deel dit artikel
#slimgroengezond
Wil je meer van dit soort artikelen?
Volg ons dagelijks op LinkedIn en schrijf je in voor onze Board Update.
Lees ook deze berichten
- Drie grensverleggende zorginnovaties zijn geselecteerd voor deelname aan de regionale voorronde van ...
- Digitalisering zit in de haarvaten van de samenleving. Dat onderstreept het belang ...
- Welke rol speelt AI over vijf jaar in de zorg? Welke kansen ...