Elsevier-onderzoek: Amsterdam is wetenschappelijke topstad

De Metropoolregio Amsterdam heeft een fantastische kennisinfrastructuur. Dat blijkt uit onderzoek van Network Councillid Elsevier: qua publicaties en citaties behoren we tot de absolute wereldtop. Maar de samenwerking tussen bedrijfsleven en de academische wereld kan nog wel wat beter, zo vindt Michiel Kolman, Senior Vice President Research Networks bij Elsevier.

“Wetenschappelijke en technologische innovatie speelt een belangrijke rol bij het vormgeven van de toekomst van de maatschappij. Daarom is het van belang om de staat van deze innovatie te monitoren, voor het brede publiek, voor onderzoekers en voor beleidsmakers.” Het zijn de twee terechte beginzinnen van het rapport Data and Insights on International Science, Technology, and Innovation—Comparative Research Report of 20 Global Cities (2016–2020). Elsevier voerde dit onderzoek uit in opdracht van de Metropoolregio Shanghai, die graag een vergelijking wilde zien met 19 vooraanstaande steden op het gebied van wetenschap en innovatie. “Eigenlijk best bijzonder dat Shanghai zichzelf ook met Amsterdam wilde vergelijken”, zegt Kolman. “Omdat we qua dynamiek natuurlijk een totaal andere stad zijn dan Shanghai. Maar wetenschappelijk gezien doen we het heel goed. Niet alleen dankzij de UvA en de VU, maar ook dankzij het bedrijfsleven en organisaties als de Bloedbank en het Kankerinstituut. Dus daarom nemen ze graag een voorbeeld aan Amsterdam.”

Dat Amsterdam het op wetenschappelijk gebied goed doet blijkt ook uit het onderzoek. Wat vond je de meest opvallende resultaten?

Bijvoorbeeld dat Amsterdam van alle EU-steden het hoogste aantal wetenschappelijke publicaties per onderzoeker heeft. In de wetenschap draait het om die artikelen. Je wil als onderzoeker of als onderzoeksgroep claimen en laten zien: dit zijn mijn resultaten. Daarnaast staat Amsterdam in de top 3 als we kijken naar de impact van de publicaties, net na San Francisco en Boston. Dat betekent dat artikelen van Amsterdamse onderzoekers gemiddeld vaak geciteerd worden. We weten uit onderzoek dat hoe meer je internationaal samenwerkt, hoe meer impact je maakt. In Amsterdam is 58 procent van de artikelen geschreven met wetenschappers van andere internationale universiteiten; die artikelen worden veel geciteerd. Daarnaast is Amsterdam ook een aantrekkelijke stad voor wetenschappers om zich tijdelijk te vestigen. Als Amsterdammer ben ik natuurlijk trots op dit soort resultaten.”

We doen het met name heel goed op het gebied van life sciences. Dat past goed bij de ambities van ons programma Smart Health Amsterdam. Daarin bouwen we aan een netwerk dat life science-organisaties verbindt met data science en AI. 

“Ja, dat vond ik ook opvallend. Ik denk dat dat het gevolg is van de goede samenwerking hier in de regio: tussen de universiteiten en de onderzoeksinstituten. De neurowetenschappen en psychologie springen er helemaal goed uit. We zien ook dat interdisciplinair onderzoek steeds belangrijker wordt en ook bijdraagt aan een diepere impact. Smart Health Amsterdam is daar een mooi voorbeeld van: daar komen AI, biotechnologie, data science en gezondheidszorg prachtig samen.”

Op welke gebieden is er ruimte voor verbetering? 

“Qua patentaanvragen in bungelt Amsterdam onderaan. Het aantal internationale patentaanvragen is een indicatie van het innovatieniveau van een regio. We kijken in dit onderzoek naar absolute aantallen dus dit resultaat is ook het gevolg van dat we een relatief kleine regio zijn. Toch moet dit beter. Dat vindt Mirjam van Praag van de VU ook. Zij heeft dat onderwerp van ondernemerschap en innovatie hoog op de agenda staan. Ik denk dat we hiervoor goed naar Eindhoven moeten kijken en dat onderzoekers zich al in een vroeg stadium moeten afvragen op welke manier hun onderzoek kan leiden tot iets waarvoor ze patent kunnen aanvragen. In de samenwerking tussen industrie en de academische wereld staat Amsterdam in ons onderzoek de middenmoot. Dat is in zon lijst van toplanden nog steeds helemaal niet slecht, maar het kan dus wel beter.”

De Board werkt sinds 2010 aan die samenwerking tussen kennisinstellingen, overheid en bedrijfsleven. Hoe denk jij dat we die nog verder kunnen versterken op de thema’s waar wij ons voor inzetten?

“De Board neemt een unieke rol in in Amsterdam en voor mij springt de brugfunctie tussen bedrijfsleven, kennisinstellingen en de overheid er zeker uit. Specifiek ondersteun ik volop de groene agenda: daar is nog veel werk te verrichten. Deze week heeft Elsevier de internationale Climate Pledge ondertekend: we zullen voor 2040 carbon-neutraal zijn. Voor het stimuleren van de samenwerking tussen bedrijfsleven zijn er uiteraard investeringen nodig, maar ook bekendheid. En een goed netwerk. Bedrijfsleven en wetenschap moeten van elkaar weten waarmee ze bezig zijn en daar kunnen wij als Elsevier ook een bijdrage aan leveren. Als wetenschapper kun je bijvoorbeeld al bij ons terecht als je wil weten wat voor onderzoeken er bij bedrijven lopen. Wij brengen in kaart wat bedrijven publiceren of waarvoor ze patent aanvragen. We moeten denk ik ook goed laten zien wat zo’n samenwerking kan opleveren. Wij werken bijvoorbeeld samen met de UvA en de VU op het gebied van data science. Wij leveren de data, zij de wetenschappers. Een concreet resultaat is al een nieuwe en betere manier van zoeken in wetenschappelijke publicaties. Een goede zoekfunctie is voor wetenschappers superbelangrijk, want zij moeten snel relevante informatie kunnen vinden. Inmiddels hebben we ook wat jonge data scientists aangenomen. Verder ondersteunen we het Amsterdam Universitair Medisch Centrum  van de VU en UvA met een portal. Daar kunnen zij hun research-output showcasen: artikelen, maar bijvoorbeeld ook medische datasets.”

27 juli 2021

Meer weten over

Neem contact op

Deel dit artikel

#slimgroengezond

Wil je meer van dit soort artikelen?
Volg ons dagelijks op LinkedIn, X en schrijf je in voor onze Board Update.

Lees ook deze berichten