Als inkoper kan overheid circulaire economie aanjagen

Transformatie naar een circulaire economie heeft alleen kans van slagen als de overheid ook haar inkoopkracht met overtuiging durft in te zetten, stelt Boardlid Jacqueline Cramer, in een opiniestuk in dagblad Trouw. De strategisch adviseur bij het Utrecht Sustainability Institute schreef het artikel samen met Roebyem Anders, oprichter van Sungevity.

Dit opiniestuk verscheen woensdag 4 augustus in Trouw.

Het demissionaire kabinet hamert op het belang van een circulaire economie – 100 procent hergebruik van alle producten – in de strijd tegen klimaatverandering en grondstoffenschaarste. “Zonder een circulaire economie gaan we de klimaatdoelen van Parijs niet halen,” stelde staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat Stientje van Veldhoven onlangs.

Het inkoopbeleid van de overheid staat echter in schril contrast met deze ambities, blijkt uit nieuw onderzoek van het RIVM. Het Rijk en lokale overheden kopen samen 15 procent van alle goederen en diensten in, maar het negatieve effect van deze aankopen op het milieu stijgt ver boven dit percentage uit. Zij veroorzaken 18 procent van de totale jaarlijkse CO2-uitstoot in Nederland en zijn goed voor een kwart van alle grondstoffen die tijdens de productie van de totaal ingekochte goederen worden verbruikt.

Holle plannen

Niet dat de overheid de bal helemaal heeft laten vallen. Van Veldhoven werkt aan een Circulair Materialenplan voor 2023. Dat houdt in: meer sturing op materiaal efficiëntie, hoogwaardige recycling, duurzaam design van producten en meer juridische armslag om minimumstandaarden af te dwingen.

Toch klinken deze brede wettelijke kaders en plannen hol als het kabinet zijn eigen woorden niet in daden vertaalt. Transformatie naar een circulaire economie heeft alleen kans van slagen als de overheid ook haar inkoopkracht met overtuiging durft in te zetten. Het Rijk en lokale overheden besteden 85 miljard euro per jaar aan goederen en diensten en delen jaarlijks tientallen miljarden aan subsidies en fiscale voordelen uit. Stel je voor wat er zou gebeuren als die hefboom ondubbelzinnig wordt gebruikt om circulaire markten van de grond te tillen.

Kaarten in handen

Zonnepanelen zijn een goed voorbeeld van waar de overheid een levensvatbare circulaire markt kan maken of breken. Qua kennis- en innovatieve bedrijven heeft Nederland alle kaarten in handen om een succesvolle industrie voor circulaire zonnepanelen te creëren. Zo bleek onlangs bij het Circulaire Economie Lab – waar kennis en ervaringen worden uitgewisseld – dat bedrijven als Exasun en Solarge, met partners zoals onderzoeksinstituut TNO, zonnepanelen hebben ontworpen die gifvrij zijn, minder wegen dan conventionele panelen en minder CO2 uitstoten tijdens hun productie.

De troef is dat deze panelen aan het einde van hun levensduur veel makkelijker te demonteren zijn. Zo kunnen zij tot de laatste gram materiaal – van glas, siliconen tot zilver – hoogwaardig – worden teruggewonnen. Exasun’s panelen zijn zelfs zo ontworpen dat complete zonnecellen kunnen worden verwijderd en hergebruikt in nieuwe panelen. Dat is een enorme sprong vooruit: oude conventionele panelen worden nu meestal vermalen tot laagwaardig bouwmateriaal.

Vliegwiel in gang

De adder onder het gras: circulaire panelen zijn nu nog een stuk duurder dan conventionele panelen. Als grootste inkoper van Nederland kan de overheid het vliegwiel in gang zetten door uitsluitend voor circulaire panelen te kiezen. Ze kan dit verder stimuleren door factoren als recyclebaarheid en CO2-uitstoot expliciet mee te wegen bij de verstrekking van subsidies en fiscale voordelen. Zo kan de markt voor circulaire panelen in korte tijd genoeg schaalgrootte bereiken om de prijzen concurrerend te maken.

Tenslotte kan de overheid stimuleren dat zonnepanelen pas worden afgedankt als het laatste kilowattuur er is uitgeperst. Alleen al in Nederland werden in 2020 zo’n 10 miljoen panelen geïnstalleerd. Tegelijkertijd worden duizenden oudere panelen van het dak geschroefd die nog jarenlang zonnestroom hadden kunnen opwekken. Deze verspilling is tegen te gaan door, waar mogelijk, voor gebruikte panelen te kiezen. Er is al een online marktplaats voor gecertificeerde, tweedehands panelen: ZonNext.

De markt voor zonnepanelen biedt dit kabinet een kans voor open doel om zijn ambities vandaag nog waar te maken.

9 augustus 2021

Meer weten over

Neem contact op

Deel dit artikel

#slimgroengezond

Wil je meer van dit soort artikelen?
Volg ons dagelijks op LinkedIn, X en schrijf je in voor onze Board Update.

Lees ook deze berichten